Brand bij Geldof Recycling

Geacht college, beste collega’s,

Op zaterdag 8 augustus 2015 was er brand ontstaan langs de Pathoekeweg bij Geldof Recycling. Een hoop pulp had er vuur gevat. Een vuile witte rook verspreidde zich over de omgeving. Het gemeentelijk rampenplan werd afgekondigd en de brandweer vroeg de bewoners in de buurt van het Boudewijnkanaal, het  A.Z. Sint-Jan, Sint-Pieters en de Blauwe Toren ramen en deuren gesloten te houden.

In mijn schriftelijke vraag van 3 september 2015 vroeg ik   1. of de basisnorm niet werd overschreden   en 2. de gemeten waarden op die werden geregistreerd de dag van de ramp zelf en de dagen erop. Op 29 september 2015 kreeg ik antwoord. Enkel het verslag van de metingen op fijn stof werd mij bezorgd. Geen verslag over metingen op asbestvezels en dioxines. En inderdaad, bij nader toezien is de gebruikte meetapparatuur enkel bestemd voor fijn stof. Mijn vrees was dat er geen apparatuur staat opgesteld om metingen uit te voeren op asbestvezels en dioxines.

Op 2 oktober 2015 richtte ik opnieuw een schrijven met de vraag of er op het Brugs grondgebied luchtbemonsteringsapparatuur staat opgesteld voor het meten van asbestvezels en dioxines. Op 6 en 12 november 2015 drong ik nog eens aan. Pas op 16 november 2015 kreeg ik eindelijk het ruim te late antwoord. Uit het antwoord werd mijn vermoeden bevestigd: de stad had inderdaad geen metingen verricht op asbestvezels en dioxines.

Op een eerder door mij gestelde schriftelijke vraag aangaande ‘Afgifte asbest in de containerparken’ op 18 juni 2015 ontving ik op 30 juli 2015 nochtans als antwoord: “ De metingen worden driemaandelijks uitgevoerd via rotatiesysteem op intercommunaal vlak, d.w.z. dat gemiddeld elke 3 maand een containerpark in het werkingsgebied van IVBO wordt bemonsterd”. Ben ik voorgelogen geweest?

Iedereen weet dat op strategische plaatsen de Vlaamse Milieumaatschappij meetapparatuur heeft staan. Hier gaat het om een brand in een industriegebied, waar stad Brugge zelf voor bevoegd is. De volksgezondheid kwam hier in gevaar. De burgemeester, met assistentie van zijn preventiedienst, moest aan een geregistreerd labo onmiddellijk opdracht gegeven hebben om de nodige metingen uit te voeren met als doel het welzijn van de omwonenden en de werknemers binnen het gebied te beschermen. Ook het voedsel (moestuintjes) en de dieren mogen wij niet vergeten. Er kon bij Geldof Recycling ook opslag zijn geweest van Seveso III-producten. Hier is sprake van schuldig verzuim! Buiten het plangebied zijn er wel een aantal Seveso-inrichtingen gevestigd binnen een straal van 2 km, namelijk in het Zeehavengebied: meer bepaald in de achterhaven en de binnenhaven. Sommige van deze Seveso-inrichtingen lagen in de omtrek van het door brand getroffen bedrijf, nl. Pemco Brugge (hoog risico), BVBA Brandstoffen Verstichel, NV Electrabel, NV Opslag gasolie Van Loocke, Opslag van brandstoffen NV Van der Sluijs Groep, Opslag van brandstoffen NV Total Belgium.       

Dus enkel op basis van die metingen op fijn stof stel ik al vast dat de norm de eerste twee dagen (8 en 9 augustus 2015) heel ernstig werd overschreden met heel hoge pieken aan fijn stof PM10 PM2,5 en PM1,0. Hier werden de grenswaarden voor de omwonenden overschreden, hun gezondheid liep gevaar. Maar eens het rampenplan wordt afgeblazen gaat alles terug zijn normale gangetje… Mijns inziens deed/doet de stedelijke overheid onvoldoende om haar inwoners duidelijk en eerlijk in te lichten over wat er is gebeurd. Wat de risico’s waren en zijn én over wat er nu kan/zal/moet gebeuren.

Wat als er Seveso-opslag was geweest bij Geldof Recycling?

Wat als er zich opnieuw een brand voordoet?

Wat als er zich een ongeluk voordoet bij een van de bovenvermelde Seveso III geregistreerde firma’s?

De N-VA-fractie dringt aan om met spoed bemonsteringsapparatuur aan te schaffen: hetzij aan te kopen of te huren. Een extern labo kan ook ingeschakeld worden. Het is een absolute noodzaak om ook metingen uit te voeren op asbestvezels en dioxines in functie van de volksgezondheid om zodoende de juiste voorzorgen en maatregelen te kunnen nemen. 

Dank voor jullie aandacht.

Antwoord van de schepen

Voorzitter André Van Nieuwkerke. – Collega’s die willen mee tussen komen? Mevrouw de
schepen.
Schepen Mieke Hoste. – Mijnheer De Bondt.
Eerst en vooral zou ik u er willen op wijzen dat uw tussenkomst niet volledig correct is.
In tegenstelling tot wat u beweert werd het gemeentelijk rampenplan helemaal niet afgekondigd.
U verwart ook het antwoord dat is gegeven op uw schriftelijke vraag met betrekking tot asbest op
het containerpark met het antwoord op uw schriftelijke vraag met betrekking tot de brand bij
Geldof. Via de intercommunale IVBO wordt inderdaad driemaandelijks een asbestbemeting
georganiseerd in één van de containerparken in IVBO-gebied, dus niet alleen in Brugge.
Dit gebeurt niet door- of rechtstreeks in opdracht van de stad Brugge en dat heeft dus niets te
maken met uw vraag of er bemonsteringsapparatuur staat opgesteld op het Brugs grondgebied
voor het meten van asbest, vezels en dioxines – waarop het antwoord ook negatief is. Het
stadslabo is niet uitgerust met apparatuur hiervoor, dus wij hebben u duidelijk niets voorgelogen.
Naar aanleiding van de brand was er geen reden om een labo aan te stellen om asbest te meten.
De maanden voor de brand waren er verschillende controles ter plaatse geweest door de
toezichthoudende overheid, namelijk de Vlaamse milieu-inspectie. Daarbij werd nooit vastgesteld
dat er asbesthoudend materiaal aanwezig was op het bedrijf. Op de site wordt afvalhout
opgeslagen, geen asbest en geen Seveso III-producten. Daarvoor was- en is Geldof trouwens niet
vergund.
Uiteraard zijn er bij de brand dioxines vrijgekomen, net als bij elke brand en net als bij elke woning
waar hout in de kachel of in een open haard wordt gestookt. Dankzij de fijnstofmetingen van het
stadslabo hebben wij de uitstoot naar aanleiding van de brand kunnen monitoren en hebben wij
correct kunnen communiceren met de buurt. Er is heel duidelijk gecommuniceerd naar de mensen
toe om de ramen en de deuren gesloten te houden en om het voedsel uit de moestuin grondig te
spoelen voor consumptie. U haalt aan dat er een aantal Seveso-inrichtingen gevestigd zijn binnen
een straal van twee kilometer van Geldof. De bedrijven die u aanhaalt stemmen niet overeen met
de bedrijven die effectief een vermelding gekregen hebben.
Raadslid Hugo De Bondt. – Niet juist!
Schepen Mieke Hoste. – Op het grondgebied van Brugge zijn er zes Seveso-bedrijven. Dat zijn
Umicor, Pemco, Total, Argos Storage, Fluxys en Total in Zeebrugge. Wij kunnen dan ook met
stelligheid zeggen dat er op geen enkel moment een risico geweest is voor de omliggende
bedrijven. Het is trouwens de rol van de brandweer op het moment zelf van de interventie om dat
te beoordelen. Mocht er een reëel risico geweest zijn dan zou dat een reden kunnen geweest zijn
om het rampenplan af te kondigen en zou er adequaat zijn opgetreden door de betrokken
bedrijven en hulpdiensten. Maar zoals al gezegd, er werd helemaal geen rampenplan afgekondigd.
En dan stelt u drie keer de vraag “wat als.” Ik vind het persoonlijk een beetje irrelevant om op een
vraag “wat als” te antwoorden. Dat is een beetje zoals in het liedje van Herman Van Veen: Wat als
het even anders was gelopen, en Hiltler de oorlog had gewonnen.
Raadslid Hugo De Bondt. – Dat is flauw!
Schepen Mieke Hoste. – Maar om toch een antwoord te geven. Er bij elke industriële brand van
uitgaan dat een betrokken bedrijf er mogelijks opslag van Seveso-producten op nahoudt, is niet
opportuun, onwezenlijk of onwerkbaar.
De vergunning voor nv Geldof verleent de firma enkel toestemming voor de opslag van houtafval:
zij mogen 20.730 ton houtafval opslaan en 8.000 ton granulaat. Daarbij kan het gaan om houtafval
eerste keus, dat is onbehandeld hout of houtafval tweede keus, dat bestaat uit niet-gevaarlijk
behandeld hout. Van enige toestemming of goedkeuring voor opslag van producten uit de
Seveso-inrichtingen of -productie is helemaal geen sprake. Gezien de brand ontstond door
spontane zelfontbranding kan een nieuwe brand nooit worden uitgesloten. Om het risico op brand
te voorkomen of te verkleinen werd de firma Geldof kort na de feiten en de bluswerkzaamheden,
op 27 augustus, voor een hoorzitting opgeroepen – en hier werden nog bijkomende
veiligheidsmaatregelen opgelegd. Mocht er zich een ongeluk voordoen bij één van de vermelde
Bron: www.hugodebondt.be
Seveso III-geregistreerde firma’s dan bestaat er een provinciaal nood- en interventieplan. Voor
dergelijke bedrijven voorziet de wetgeving ook bijkomende verplichtingen op het vlak van
noodplanning en organisatie van de interventie van de hulpverlening. Er is bovendien de
verplichting om driejaarlijks een oefening met deze bedrijven te organiseren. Binnenkort zal ook de
informatieplicht naar de omgeving toe over de aanwezigheid van dergelijke bedrijven in de buurt,
de daaraan gekoppelde risico’s en de incidenten die zich in het bedrijf voordeden, worden
opgevoerd.
Samengevat kunnen wij stellen dat er objectief gezien heel weinig risico’s zijn voor dergelijke
bedrijven. Dat staat echter tegenover het feit dat de risico’s, het bedrijf, de producten, de gevolgen
en de organisatie, de coördinatie van de hulpverlening ook veel beter gekend zijn en dat die
mensen ook getraind zijn.
Om te besluiten kan ik stellen dat er geen reden noch noodzaak bestaat dat de stad zelf
bemonsteringsapparatuur zou aankopen. Wanneer nodig kan een extra labo opgevorderd worden.
Continue bemonstering van asbest en dioxines heeft ook weinig meerwaarde: asbestanalyses
vergen een discontinue bemonstering en er bestaat geen wettelijke norm voor dioxines. Los van
deze argumenten is de uitstoot van de bedrijven op ons grondgebied niet van die aard om
dergelijke investeringen te verantwoorden. Onze fijnstofmetingen geven een goede indicatie van de
uitstoot aan en bij aanwijzingen dat er een specifieke uitstoot is kan nog altijd overgegaan worden
tot specifieke bemonstering en analyse in eigen beheer of kan dat ook uitbesteed worden.
Ik hoop met dit antwoord u gerust gesteld te hebben.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. –Mijnheer De Bondt.
Raadslid Hugo De Bondt. – Neen, dit antwoord bevalt mij helemaal niet, mevrouw de schepen.
Ik wil nu weten: zijn er asbestmetingen en dioxinemetingen gebeurd de dag van de brand? Neen.
Schepen Mieke Hoste. – Neen. Het heeft ook weinig zin want met al dat bluswater …
Raadslid Hugo De Bondt. –Het heeft wel zin want je weet niet wat er opgeslagen is bij Geldof.
Je weet dat toch niet op voorhand, je kunt dat toch niet gaan controleren?
Schepen Mieke Hoste. – Er is, zoals ik al gezegd heb, een vergunning voor niet-Seveso IIIproducten,voor afvalhout (de twee soorten) enerzijds. En anderzijds, door het bluswater kon je
geen deftig meetresultaat meer bereiken dat zou een totaal vertekend beeld gegeven hebben.
Vandaar dat er geen metingen gebeurd zijn.
Raadslid Hugo De Bondt. – Oké, mevrouw de schepen, ik zal het er moeten mee stellen. Maar ik
hoop dat er nooit een brand zal uitbreken in één of ander Seveso-bedrijf.
Voorzitter André Van Nieuwkerke. –Dat hopen wij allemaal, mijnheer De Bondt.
Schepen Mieke Hoste. – Ik denk dat wij dat allemaal hopen.
Raadslid Hugo De Bondt. – De gevolgen zullen desastreus zijn, dat geef ik u op een blaadje.
Schepen Mieke Hoste. – Maar dan zal er een heel andere procedure gevolgd worden dan er nu
gevolgd is.

Mijn conclusie: 

Een heel flauw antwoord van schepen M. Hoste.