Dierenasiel ‘Het Blauwe Kruis’ houdt zich niet aan de Erfpachtovereenkomst

Beste collega’s, geacht college,

Op 10 maart 2017 werd, in uitvoering van de beslissing genomen door de gemeenteraad in zitting van 31 januari 2017, de Erfpachtovereenkomst tussen de stad Brugge en het dierenasiel vzw ‘Het Blauwe Kruis Brugge’ ondertekend.

In deze overeenkomst lezen we onder ‘Renovatie/Nieuwbouwverplichting’: “De erfpachter neemt de verplichting op zich om het in erfpacht gegeven goed op haar kosten volledig te renoveren of een nieuwbouw te plaatsen. Hiervoor zal zij binnen de 4 maand na het afsluiten van deze erfpachtovereenkomst een bouwvergunningsaanvraag indienen.”. Verder staat er: “De infrastructuur dient volledig voltooid en conform de regels en wetgeving te zijn ge(ver)bouwd of afgewerkt tegen uiterlijk 1 september 2018.”.

Tijdens mijn tussenkomst op de zitting van 31 januari 2017, waarop dit punt geagendeerd stond, vroeg ik de bevoegde schepen: “Zouden de gemeenteraadsverkiezingen de richtdatum van 1 september 2018 kunnen zijn?” antwoordde een geïrriteerde schepen: “Het is de bedoeling dat het nieuwe Blauwe Kruis tegen eind 2017 zou gerealiseerd zijn.”.

Ik concludeer:

  1. De stedenbouwkundige vergunning voor de bouw van het nieuwe dierenasiel werd op 19 maart 2018, dus pas na één jaar, afgeleverd.
  2. De realisatie van de nieuwbouw, zoals aangekondigd door de bevoegde schepen, heeft de datum van eind 2017 niet gehaald.
  3. Ook de datum van volledige voltooiing van de nieuwbouw op 1 september 2018, zoals bepaald in de erfpachtovereenkomst, werd niet gehaald.

Art. 12 bij de algemene voorwaarden vermeldt klaar en duidelijk: “Onderhavige overeenkomst wordt van rechtswege ontbonden ten nadele van de erfpachter bij het niet tijdig bouwen van nieuwe constructies of het uitvoeren van werken aan bestaande opstallen volgens plannen en bestekken goedgekeurd door de erfpachter.”. Dit betekent dat er aan de overeenkomst een einde komt op het ogenblik van de vooropgestelde datum zonder dat hiervoor enige handeling of formalisme nodig is en dat er dus geen overeenkomst meer is.

Graag kreeg ik antwoord op de volgende vragen:

  1. Wat is de reden van het lange uitblijven van de stedenbouwkundige vergunning? De voorzitter van ‘Het Blauwe Kruis’ wees op 27 juni ll. het stadsbestuur terecht: “Twee jaar zijn we al bezig om de nodige vergunningen te verkrijgen en vlot in Brugge gaat dit niet.”.
  2. Wanneer is de afbraak van het oude gebouw begonnen? Is de afbraak op dit moment volledig?
  3. Waar zijn de hen toevertrouwde dieren ondergebracht?
  4. Wanneer start de bouw van het nieuw ‘Blauwe Kruis’?
  5. De nieuwbouw zou er op 1 september 2018 staan. Deze datum werd niet gehaald. Welke stappen heeft het stadsbestuur ondernomen of zal het ondernemen ten overstaan van het dierenopvangcentrum?
  6. Er staat in de overeenkomst ‘van rechtswege ontbonden’. Is het stadsbestuur zinnens om een nieuwe overeenkomst te maken ter vervanging van de huidige? Welke voorwaarden zal ze nu bedingen?

Mijn slotbedenking:   Wat is de waarde van een overeenkomst als beide partijen ze niet naleven?

Dank voor jullie aandacht.

Antwoord van de bevoegde schepen: 

Voorzitter Annick Lambrecht. – Ok, dank u wel. Ik weet niet wie zal starten? Mevrouw Hoste.

Schepen Mieke Hoste. – Geachte heer De Bondt, ik vind het ook heel jammer dat we nog altijd geen operationeel asiel hebben in Brugge, want ik had daar heel graag met de verkiezingen van 14 oktober mee uitgepakt. Maar helaas, ik kan daar niets aan doen. Bij de eerste dossiers die ingediend werden bij het stadsbestuur door het Blauwe Kruis in 2017 werd enkel een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd, maar geen milieuvergunning, terwijl dat dat ook noodzakelijk is. De regelgeving op vlak van milieuwetgeving is sinds de beginjaren van het asiel heel sterk gewijzigd en sommige uitdagingen waarmee de bouwheer geconfronteerd wordt zijn onlosmakelijk verbonden aan de uitbating van een dierenopvang en de inplanting op de bestaande locatie. Op 21 mei 2018 hebben wij pas de eerste aanvraag wat dat het milieuaspect betreft ontvangen van het Blauw Kruis en deze aanvraag was niet volledig en werd op 11 juni bijgevolg onontvankelijk verklaard. Op 23 september 2018 hebben we een tweede aanvraag gekregen wat het milieu betreft, maar ook deze was opnieuw onvolledig. Er zijn nog een aantal onduidelijkheden wat betreft de opslag van de mest, de sceptische putten, de lozingstoestanden en daarom werd deze aanvraag ingetrokken en er is ondertussen contact geweest met het Blauw Kruis en wij vermoeden dat we tegen eind deze week, begin volgende week een volledige aanvraag zullen ontvangen. Uiteraard kan de bouw van een nieuw asiel slechts starten nadat alle vergunningen afgeleverd zijn. Wat dat de afbraak betreft van de oude gebouwen, er zijn al een aantal voorbereidingen genomen. Onder andere werd er een noodbrug aangelegd en er is ook al gestart met de afbraak van de bestaande gebouwen. De dieren worden nu tijdelijk ondergebracht in de gebouwen van de conciërgewoning. Daarvoor hebben zij een aantal aanpassingen gedaan en dit werd ondertussen ook al gemeld aan de dienst diereninspectie Vlaanderen. Wanneer dat de bouw nu effectief zal starten en wanneer dat die zal klaar zijn, daar kan ik helaas geen antwoord op geven, maar ik vermoed dat dat niet meer voor het einde van 2018 zal zijn. Wat de vragen betreft rond stedenbouwkundig attest en de erfpachtovereenkomst verwijs ik heel graag door naar mijn collega’s schepen Demon en schepen Laloo.

Voorzitter Annick Lambrecht. – Ok.

Raadslid Hugo De Bondt. – Mevrouw de schepen, u hebt niet geantwoord op verschillende van mijn vragen. Dat is een klassiek gegeven bij jou, als ik vragen stel in interpellaties, dat je ofwel niet antwoordt ofwel naast de kwestie. Ik wens u veel succes in de toekomst.

Voorzitter Annick Lambrecht. – Ok. Schepen Laloo.

Schepen Boudewijn Laloo. – Misschien iets aanvullends. De opmerking van mijnheer De Bondt is inderdaad terecht dat er in de gemeenteraad van 31 januari 2017 in artikel 12 van de algemene voorwaarden duidelijk en klaar vermeld stond dat de overeenkomst zou kunnen ontbonden worden bij een niet tijdige bouwconstructie en zo verder. U hebt dat geciteerd, dat staat inderdaad in het ontwerp voorlopige erfpachtovereenkomst dat voorgelegd is geweest op 31 januari 2017, maar ik moet er ogenblikkelijk aan toevoegen dat bij de opmaak van de akte – en de opmaak van de akte is ongeveer een jaar later, 22 januari 2018 – er werd vastgesteld dat de termijnen zoals u terecht aanhaalt buiten de wil van de partijen die werden voorgehouden bij de initiële beslissing, bij de opmaak van de voorlopige erfpachtovereenkomst, niet zouden kunnen gehandhaafd worden en er werd dan ook in de akte een bijkomende paragraaf ingelast. Ik ga die even citeren: “Er was overeengekomen dat de infrastructuur volledig voltooid diende te zijn en conform de regels en wetgeving verbouwd of afgewerkt tegen uiterlijk 1 september 2018. De erfpachter heeft de bepalingen uit de erfpachtovereenkomst tussen de partijen haar bouwvergunningsaanvraag ingediend d.d. 7 december 2017, ontvankelijk verklaard op 7 januari 2018. De bouwvergunningsaanvraag werd nog niet vergund staat er dan op de akte van 22 januari 2018. De verwachting is dat de bouwvergunning eerstdaags zal afgeleverd worden, rekening houdend met de tijd die nodig zal zijn om de bouwwerken in te plannen en uit te voeren komen partijen overeen om de uiterlijke datum van de voltooiing van de werken vast te leggen op 1 september 2019.” Dat werd dus bij de opmaak van de akte in een afzonderlijke paragraaf vastgelegd.

Raadslid Hugo De Bondt. – Bedankt mijnheer de schepen. Maar toch nog een keer de vraag en ik wil daar toch een antwoord op hebben. Het is wel een bedenking, maar ik heb het daar heel moeilijk mee. Wat is voor jullie de waarde van een overeenkomst als de beide partijen ze niet naleven? Het is in data gestipuleerd en ik vind dat ze zich aan die data moeten houden. Voor mij is dat een officiële akte.

Schepen Boudewijn Laloo. – Maar het oorspronkelijke, mijnheer De Bondt, was dus een voorlopig ontwerp van erfpachtovereenkomst. En waarover ik spreek in het laatste, die nieuwe paragraaf die toegevoegd is, is wel degelijk bij het verlijden van de akte. Je kan dat best vergelijken met het volgende: oorspronkelijk werd een compromis voorgelegd hier aan deze gemeenteraad dat eigenlijk ook een juridische kracht heeft, maar uiteindelijk heeft men gezien dat alles niet binnen termijn kon gerealiseerd worden en heeft men in de akte een bijzondere paragraaf ingelast. Maar wat de uitwerking betreft, misschien dat collega schepen Demon nog iets moet zeggen daarover? Ik weet het niet.

Schepen Franky Demon. – Ja, voor het stedenbouwkundige is alles in orde. Die vergunningen zijn afgeleverd, alles is goed verlopen. Dus ik zou niet weten wat daar het probleem is.

Raadslid Hugo De Bondt. – Dus ik mag erop rekenen zoals jij zegt, schepen, dat dat dus eind volgend jaar…

Schepen Boudewijn Laloo. – Volgens de akte en de paragraaf in de akte staat er nu als einddatum 1 september 2019. En dan gaan wij eens samenkomen volgend jaar om te zien hoe ver dat hier eigenlijk staat.

Raadslid Hugo De Bondt. – Dat is afgesproken. Ik ben geen gemeenteraadslid niet meer dan, maar ik ga het nog wel in de gaten houden.

Schepen Boudewijn Laloo. – Ik ook niet, maar we gaan nog samenkomen hé Hugo.

Raadslid Hugo De Bondt. – Ok, bedankt.