De steden en gemeenten worden, in het kader van het K.B. van 2006 maart (betreffende de bescherming van de werknemers tegen de risico’s van blootstelling aan asbest, B.S. van 3 maart 2006, 16836 – 16856 en Codex Welzijn op het Werk, Titel V, hoofdstuk IV) verplicht te voldoen aan bepaalde voorschriften. Dit werd door de omzendbrief LNE/2008/2 van 27 augustus 2008 door de toenmalige minister Hilde Crevits nogmaals bevestigd.
In dit verband kreeg ik graag antwoord op volgende vragen:
- Zijn de containers met asbesthoudend materiaal opgenomen in de gemeentelijke asbestinventaris?
- Wordt er rekening gehouden bij het plaatsen van de asbestcontainers met a. de overheersende windrichting; b. worden de containers zo ver mogelijk opgesteld waar de burgers zo weinig mogelijk langs komen en c. is er een algemeen rookverbod in de omgeving van die containers?
- Is er een beheersprogramma met risicoanalyse en de nodige preventiemaatregelen opgesteld?
- Worden driemaandelijkse metingen uitgevoerd?
- Is er een register opgemaakt van de werknemers die aan asbest worden blootgesteld?
- Wordt er opleiding gegeven en informatie verstrekt aan de werknemers die met asbest in contact komen?
- Wordt er regelmatig gezondheidstoezicht op deze werknemers georganiseerd?
- Zijn de werknemers, die deze containers bedienen, in het bezit van de wettelijk daarvoor voorziene beschermingsmiddelen zoals wegwerpoverall met kap, wegwerphandschoenen en FFP3-maskers?
- Werd bij het stedelijk infoblad als bijlage de brochure ‘Asbest in en om het huis’ al eens bijgevoegd?