Stedenband met een stad uit het Zuiden

Einde september 2005 werd de stedenband van Brugge met Cuenca in Ecuador opgeheven. Eigenlijk kwam het nooit van de grond. Sindsdien is er heel wat tijd (12 jaar) verstreken om een andere stedenband aan te gaan. Zijn er, na het afspringen met Cuenca, opnieuw stappen ondernomen om een nieuwe stedenband met een andere stad aan te gaan?

Zo niet, waarom werd daar geen werk van gemaakt? Is het niet zo dat de stad aldus heel wat subsidies misloopt?

  • Bij het aangaan van een nieuwe stedenband mag ik hopen dat het om een stad gaat in het Zuiden.
  • Welke criteria wordt hiervoor gehanteerd?
  • Hoe ziet men de filosofie achter deze stedenband?
  • Welke criteria maken de link naar Brugge (Havenstad? Toerisme? Bier? Chocolade?…)?
  • Houdt men rekening met ecologische criteria? De ecologische voetafdruk? De CO2-uitstoot voor elke vlucht daarnaar toe?
  • De aanwezigheid van internet in de kandidaat zusterstad?
  • Wat is het budget hiervoor?
  • Wat hoopt men te leren met dergelijke stedenband?

Antwoord ontvangen op 20/11/2017

Zijn er, na het afspringen met Cuenca, opnieuw stappen ondernomen om een nieuwe stedenband met een andere stad aan te gaan? Zo niet, waarom werd daar geen werk van gemaakt? Is het niet zo dat de stad aldus heel wat subsidies misloopt?

Het afspringen van de stedenband met Cuenca dateert van 2005. In de tussenperiode heeft de Noord-Zuiddienst zich toegespitst op mondiaal burgerschap, sensibilisering en projectsteun in het Zuiden. Er werd sterk ingezet op het uitbouwen van een breed draagvlak inzake ontwikkelingssamenwerking via onder andere concrete initiatieven in het kader van Brugge Fair Trade Stad en de Millenniumdoelstellingen. Stad Brugge heeft, via de Noord-Zuiddienst, al ettelijke jaren haar strategie voor internationale samenwerking bepaald, werkte aan een sterk intern en extern draagvlak, heeft heel wat capaciteit en kennis in huis en was toe aan een nieuwe fase, met name een directe samenwerking met een lokaal bestuur in het Zuiden.

Vanaf begin 2014 trad het nieuw ‘Vlaams impulsbeleid gemeentelijke ontwikkelingssamenwerking’ in werking. Stad Brugge heeft via haar meerjarenplan 2014-2019 hierop ingetekend. We verwijzen hiervoor concreet naar beleidsdoelstelling 15 “Brugge is een sociale en solidaire stad” met als actie “Stad Brugge voert een grondig onderzoek naar een bestuurlijke samenwerking met een partner in het Zuiden”.

Met Vlaamse middelen (Gemeentefonds) werd half 2016 een expert mondiale samenwerking aangeworven. Opdracht was om een onderzoek te voeren naar de wenselijkheid van een mondiaal partnerschap en de nieuwe inzichten en ervaringen in dat verband. De resultaten van dit onderzoek werden voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen op 22 mei 2017.

Bij het aangaan van een nieuwe stedenband mag ik hopen dat het om een stad gaat in het Zuiden. Welke criteria worden hiervoor gehanteerd? Hoe ziet men de filosofie achter de stedenband? Welke criteria maken de link naar Brugge (Havenstad? Toerisme? Bier? Chocolade?…)?

Gebaseerd op voorgaand onderzoek werd beslist om een thematisch georiënteerde mondiale samenwerking aan te gaan. Stad Brugge profileert zich nu bijna 10 jaar als Fair Trade Stad en wordt de Europese chocoladehoofdstad genoemd. Een bestuurlijke uitwisseling met een lokale overheid in het Zuiden én een inhoudelijke uitwisseling met een cacaocoöperatieve die er werkzaam is, is in dat opzicht meer dan interessant. Deze aanpak laat toe dat zowel de stadsbesturen en de inwoners van de steden, als de andere stakeholders hun specifieke rol inzake mondiale samenwerking opnemen. Het einddoel is het versterken van de lokale overheid, de democratie en de dienstverlening enerzijds, én bewustmaking en gedragsverandering richting meer eerlijke aankopen anderzijds. Voor dit laatste zijn zowel het Brugs chocolademuseum, de vele Brugse chocolatiers, de chocoladegilde, de hotelscholen,… belangrijke partners.

Vanuit de invalshoek Fairtrade cacao zijn er vele linken te maken met Brugge en de lokale actoren uit diverse maatschappelijke sectoren in Brugge o.a. de privésector. Belgisch bedrijf Puratos/Belcolade verwerkt cacao tot chocolade en is verbonden met het chocolademuseum in Brugge. Dit biedt de mogelijkheid om via het museum de Bruggelingen en bezoekers te informeren over het mondiaal partnerschap. Ook de Brugse gilde van Chocolatiers en de vele handelszaken kunnen een rol opnemen in het mondiaal partnerschap op vlak van bekendmaking, sensibilisatie, promotie, … Kennisinstellingen (lager/middelbaar, hogescholen, vakscholen en volwassen onderwijs) kunnen met de partner kennis en praktijk uitwisselen, onderzoek voeren en stagemogelijkheden benutten. De verdediging van recht op waardig werk en de vrijheid van vereniging zijn grondregels van fair trade, wat dan weer voor vakbonden interessant is. Haveninstanties kunnen een rol opnemen i.k.v. cacao invoer; ziekenhuizen en zorginstellingen worden gelinkt via de fairtradepremie die geïnvesteerd kan worden in gezondheidszorg. Tot slot zullen initiatieven rond sustainable development goals (SDG’s), duurzame landbouw (foodlab) en duurzaam toerisme versterkend zijn ter promotie van het mondiaal partnerschap en fair trade.

Volgende criteria werden opgesteld voor het identificeren van de juiste partner:

BASISVOORWAARDE: de aanwezigheid van een Fairtrade cacaocoöperatie bij de lokale overheid

BEOORDELINGSCRITERIA:

  • Gedeelde visie en houding i.v.m. eerlijke handel, multi-stakeholdermodel en wederkerigheid
  • Een goede bestuurlijke organisatie van de lokale overheid
  • Een goede organisatie van de Fairtrade cacaocoöperatie
  • Een stabiele ‘politieke’ context
  • Vlotte communicatiemogelijkheden: een gemeenschappelijke taal, een degelijke internet- en telefoonverbinding, toegankelijke contactpersonen, een werkbaar uurverschil met België, een redelijke reistijd, …

PLUSPUNT: aansluiting bij onze bestaande of nabije contacten (binnen en buiten Brugge)

Intussen kreeg Stad Brugge enkele voorstellen binnen van kandidaat partnersteden. Deze worden afgetoetst aan de criteria en verder onderzocht.

Houdt men rekening met ecologische criteria? De ecologische voetafdruk? De CO2-uitstoot voor elke vlucht daarnaar toe?

Wat betreft de ecologische voetafdruk van dienstverplaatsingen, bestaan er compensatietools die ingezet kunnen worden. Dergelijke tools berekenen de CO2-uitstoot van de vluchten en bieden de mogelijkheid om deze te compenseren via een bijdrage die gebruikt wordt voor het aanplanten van nieuwe bossen. Het klimaatplan van stad Brugge verwijst hier expliciet naar.

Wat is het budget hiervoor? Wat hoopt men te leren met dergelijke stedenband?

Een rechtstreeks contact met een Zuid-partner geeft zuurstof en input aan alle betrokken beleidsthema’s en de mogelijkheid om te leren van elkaar. Met de samenwerking wint stad Brugge op vlak van de wederzijdse versterking van de lokale overheid, de democratie en de dienstverlening; op vlak van uitwisseling van expertise over fair trade en alle aanverwante thema’s (handel, duurzame landbouw, gelijke kansen, inspraak, onderwijs, lokale economie, …); op vlak van draagvlak en correcte beeldvorming; op vlak van citymarketing en voorbeeldfunctie naar burgers en andere steden en ook op vlak van het realiseren en concretiseren van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen.

In kader van dit mondiaal partnerschap in opbouw, kreeg stad Brugge de toezegging van Provincie West-Vlaanderen voor een jaarlijkse subsidie van €15.000 gedurende minstens drie jaar. Andere subsidiemogelijkheden worden nog verder onderzocht. Stad Brugge voorziet voor de mondiale samenwerking op haar eigen begroting een budget van €25.000 per jaar en verwacht ook een bepaalde inbreng van de toekomstige Zuidpartner volgens diens mogelijkheden.